Ik ben een oude zee-piraat,
mijn schip ligt in de haven
En alle schatten die ik stal
heb ik hier begraven.
Ik had een mooie kaart gemaakt,
waarop stond aangegeven.
Waar hier ergens in de grond
mijn schatten zijn gebleven.
Maar nu ben ik de schatkaart kwijt
en ik moet bijna huilen.
Ik graaf en graaf – en vind echt niets;
ik heb al honderd kuilen.